ADHD-H bij kinderen valt vaak snel op omdat het wel eens lijkt alsof ze geen rem hebben. Vaak lopen kinderen met ADHD een paar jaar achter bij de “normale” ontwikkeling met betrekking tot cognitieve flexibiliteit, timemanagement, innerlijke motivatie, emotie-regulatie en reactie op beloningen. Vaak is het zo dat de intelligentie van iemand met ADHD zich snel ontwikkelt maar de executieve functies onderontwikkeld zijn. Kleine taken lukken vaak niet volledig, omdat hier genoeg aandacht voor nodig is. Hierdoor kan het lijken alsof het kind minder intelligent is op jonge leeftijd.
Wanneer er getoetst wordt en er toetsen zijn waar er bijvoorbeeld geleerd moet worden, wordt dit ook merkbaar. Begrijpend lezen op de basisschool kan moeizaam gaan door de aandachtsproblemen en/of door dat iemand met ADHD-H niet stil kan zitten. Deze bewegingsdrang kan zich uiten in tikken met de voet, maar kan vaak deels opgelost worden met een balletje in de hand waarin ze kunnen knijpen of waar ze mee kunnen spelen.
Bij meisjes met ADHD wordt de diagnose vaak pas in de pubertijd gesteld, omdat het drukke gedrag dat jongens met ADHD vaak vertonen minder vaak voorkomt bij meisjes. Meisjes met ADHD ervaren net zoveel problemen als jongens met ADHD, maar tonen dit vaak anders.